Twee leden van Studententeam Polar van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) zijn naar Antarctica vertrokken voor tests die nodig zijn voor de ontwikkeling van hun zelfontworpen zonnevoertuig, de ‘Antarctica rover’. Op de Zuidpool verzamelen ze gegevens die nodig zijn voor de constructie van het voertuig.
Antarctica kan waardevolle inzichten opleveren in de gevolgen van klimaatverandering, maar onderzoek doen op de Zuidpool is duur en niet erg duurzaam. De ‘Antarctica rover’, een autonoom voertuig op zonne-energie, moet klimaatonderzoek op het koudste en meest afgelegen continent op aarde goedkoper, duurzamer en gemakkelijker maken. De Eindhovense studenten zijn bezig met de ontwikkeling van het voertuig, dat geïnspireerd is op de Marsrover, die op een vergelijkbare autonome manier data verzamelt op planeet Mars.
Team Polar bestaat uit 17 studenten uit verschillende vakgebieden. Het streeft ernaar om volgend jaar het eerste bewegende prototype klaar te hebben. Het voertuig zal rijden op ingebouwde zonnepanelen, terwijl sensoren ervoor moeten zorgen dat het voertuig zonder menselijke tussenkomst van punt A naar B kan rijden.
Extreem weer vraagt om baanbrekende aanpak
De extreme weersomstandigheden op de Zuidpool vragen om een baanbrekende aanpak van het team. “De intensiteit van de zon is extreem laag, evenals de temperatuur. Zonnepanelen en batterijen presteren vaak slecht in deze omstandigheden, dus we zoeken naar manieren om het systeem weerbestendiger te maken. Ook het witte landschap en het gebrek aan referentiepunten vormt een uitdaging voor autonoom rijden”, legt teammanager Ewout Hulscher van het team uit.
Belangrijk om lokale omstandigheden in kaart te brengen
Voor de ontwikkeling van het voertuig is het belangrijk dat het team de lokale omstandigheden in kaart brengt. Daarom zijn teammanager Hulscher en technisch manager Oscar Mannens al een paar dagen op de Zuidpool. Ze blijven er twee weken. Ze reizen met expeditieleider Florence Kuyper en de Commandant Charcot , een nieuw poolonderzoeksschip van het Franse bedrijf Ponant dat gespecialiseerd is in expedities naar de polen. Het schip is uitgerust met faciliteiten voor onderzoekers.
Teammanager Hulscher: “Dit is het eerste hybride-elektrische poolonderzoeksschip en wordt aangedreven door aardgas. Ze zetten in op duurzaamheid en die boodschap sluit aan bij die van ons, daarom mogen we aan boord gegevens verzamelen waarmee we onze zonnepanelen kunnen ontwikkelen, zoals lichtintensiteit en vermogen. Ook nemen we apparatuur mee om vochtigheid, luchtdruk, het zonnespectrum en temperaturen te meten.”
Zo min mogelijk menselijke impact
Momenteel is onderzoek op Antarctica duur en onhoudbaar. Het vereist onderzoeksstations en grote vrachtwagens, waarvoor brandstof door de lucht moet worden aangevoerd. Het doel van de Nederlandse overheid is het onderzoek in de poolgebieden zo duurzaam mogelijk te maken.
“Dat betekent geen eigen stations en zo min mogelijk menselijke aanwezigheid”, vertelt Dick van der Kroef, directeur van het Nederlands Polair Programma, dat namens de overheid wetenschappelijk onderzoek in en naar de poolgebieden financiert. Het ambitieuze project van Team Polar past volgens hem perfect in de Nederlandse visie om onderzoek te doen op Antarctica met zo min mogelijk menselijke impact.
Hij denkt dat de ‘Antarctica rover’ van de Eindhovense studenten in de toekomst belangrijke gegevens kan aanleveren die nu nog niet beschikbaar zijn. Bijvoorbeeld voor onderzoeksgebieden als glaciologie en meteorologie, vakgebieden die te maken hebben met klimaatverandering. Van der Kroef: “De komende tien jaar zullen bepalend zijn voor hoe het klimaat zich ontwikkelt; blijven we binnen de anderhalve graad opwarming of wordt het drie graden? Juist in deze beslissende periode willen we de beste data beschikbaar.”
“Het laatst onontgonnen continent zo min mogelijk beschadigen.”
Zo hoopt Team Polar dat er in de toekomst meer duurzaam wetenschappelijk onderzoek op de Zuidpool kan plaatsvinden. Het idee voor een zonneauto kwam van bergbeklimmer en poolreiziger Wilco van Rooijen, alumnus Technologie en Maatschappij aan de TU/e. Technisch manager Mannens: “Wij vinden dat de mensheid het laatste onontgonnen continent zo min mogelijk moet beschadigen. Het is een grote uitdaging, maar we willen helpen.”