“Het goede nieuws is dat we – zonder dat we het echt in de gaten hebben – midden in een revolutie zitten. Natuurlijk moet het sneller, willen we de doelstellingen van Parijs – in 2050 uitstootvrij – halen. Maar de wending is ingezet. Vergelijk het met een opstijgende raket. In het begin is er alleen het trillen, maar dat is wel de essentiële fase, als de motoren ontstoken worden. Als hij dan in beweging komt, gaat het hard. Het is bijna niet voor te stellen, maar we kunnen het voor elkaar krijgen.”
Deze optimistische kijk op relevante maatschappelijke vraagstukken, zoals klimaataanpassingen, biodiversiteit en energietransitie, is van Brabander Floris Alkemade uit Sint-Oedenrode, die 1 september jl. zijn importante functie van Rijksbouwmeester na vijf jaren beëindigde.
Nog een uitspraak van de architect, zoon van een huisartsenechtpaar en opgegroeid op het Brabantse platteland: “We hebben de verplichting om optimistisch te zijn. Pessimisme leidt naar fatalisme en inertie, juist in onze tijd is dat levensgevaarlijk. Dit is de tijd waarin we juist naar voren moeten stormen. Ik zou ook niet kunnen leven met de acceptatie van het verhaal dat we ten onder gaan.”
Taken van een Rijksbouwmeester
De functie van Rijksbouwmeester als onafhankelijk adviseur van het Rijk is een voorname. Hij adviseert gevraagd en ongevraagd over de architectuur en de stedelijke omgeving van het rijksvastgoed. De rijksbouwmeester heeft een onafhankelijke positie. Een aantal van zijn taken zijn:
- Selecteren van architecten bij nieuwbouw en renovatie van rijksvastgoed.
- Onderzoeken van functies en mogelijke herbestemming van gebouwen en gronden die het Rijk niet meer nodig heeft.
- Selecteren van de kunstenaars voor kunstopdrachten verbonden aan nieuwbouw of grote renovaties. De basis daarvoor is de percentageregeling kunst.
- Stimuleren van het onderwijs en de vakbekwaamheid van architecten in het kader van de Wet op de Architectentitel.
- Bewaken van de stedenbouwkundige inpassing en de architectonische kwaliteit van gebouwen.
Aandacht voor infrastructuur en logistiek
Floris Alkemade (60) studeerde in 1989 met eervolle vermelding af in de Bouwkunde aan de Technische Universiteit Delft. Na zijn afstuderen werkte hij bij O.M.A. (Office for Metropolitan Architecture), een internationaal opererend architectenbureau met vestigingen wereldwijd. In 2001 werd hij hier partner. Alkemade richtte in 2008 zijn eigen bureau FAA (Floris Alkemade Architect) op met standplaats Sint-Oedenrode en vestigingen in Brussel en Parijs. Hij combineert zijn werk als architect en stedenbouwkundige met het geven van onderwijs, lezingen en hij maakt deel uit van diverse vakjury’s.
De architectuur en stedenbouw van Alkemade is stevig verankerd in de landschappelijke en stedelijke structuur. Hij werkt daarbij zowel op nationaal als internationaal niveau aan complexe projecten. Hij valt daarbij op door aandacht voor infrastructuur en logistiek, zoals blijkt uit de gebiedsontwikkeling en inpassing van het TGV-station in het centrum van het Franse Lille, studies voor de A12 en andere Nederlandse snelwegen. Ook thema’s als herbestemming en stedelijke ontwikkeling zijn een belangrijk onderdeel van zijn werk. Zo heeft hij gewerkt aan het nieuwe stadshart van Almere, de herontwikkeling van Zollverein in het Duitse Essen en momenteel is hij als ‘architect coördinateur’ werkzaam aan de herontwikkeling van het enorme entrepotgebouw 617 meter lange Macdonald Warehouse in Parijs.
“Architectuur is veel meer dan een mooi gebouw tekenen.”
In een interview met het Eindhovens Dagblad vertelt Floris Alkemade bevlogen over zijn periode als Rijksbouwmeester en over zijn vak. “Architectuur is veel meer dan een mooi gebouw tekenen”, zegt hij. “De kracht van architecten is juist dat ze kunnen helpen sociale vraagstukken aan te pakken. Ze zijn meer dan politiek en markt in staat om overal verbanden tussen te leggen. Politici zijn gebonden aan een kort verkiezingsritme van enkele jaren. Ontwikkelaars en bouwers moeten hun investering binnen een paar jaar terugverdienen. De kracht van architecten is hun verbeeldingskracht, juist op langere termijn. Ze hebben het vermogen om andere mogelijke oplossingen te tonen. Daarom heb ik elk jaar een ontwerpwedstrijd uitgeschreven, zoals voor de huisvesting van vluchtelingen. Die vallen buiten het belang van commerciële partijen en zijn politiek een heet hangijzer. Die prijsvraag heeft een aantal interessante flexwoningen opgeleverd die je snel kunt bouwen. Niet alleen voor vluchtelingen maar voor alle spoedzoekers.”
“Er komen grote maatschappelijke vraagstukken op ons af.”
Gelukkig pakt de architectuur meer en meer zijn rol, vertelt de rasechte Brabander. En als voorbeeld schetst hij het terugbrengen van de CO2-uitstoot. Ontwerpers zijn ‘biobased’ materiaal als hout gaan gebruiken, ook voor grote gebouwen. “De bouwwereld reageert aarzelend, zo’n verandering kost tijd. Maar het is essentieel dat de bouwproductie verandert. De bouwproductie en de bebouwde omgeving is nu goed voor 37 procent van de CO2-uitstoot. Ook de bouw zal snel te maken krijgen met dwingende eisen om de uitstoot aanzienlijk te verlagen. Zelden was het vermogen van architecten om in verandering te denken dan ook zo relevant als nu. Want er komen grote vraagstukken op ons af, klimaataanpassingen, biodiversiteit, energietransitie. Dat raakt de kwaliteit van onze maatschappij.”
“Ontzagwekkende verbeteringen in de echte wereld.”
Alkemade, die al zestig jaar in het Brabantse dorp Sint-Oedenrode woont, ziet bij de aanpak van relevante maatschappelijke vraagstukken een rol weggelegd voor Brainportregio Eindhoven, zijn eigen achtertuin als het ware. “De Mainports Schiphol en de Rotterdamse haven zijn nog volledig op de oude wereld gericht, op 80 procent ‘onzinvluchten’ en overslag van fossiele brandstoffen. Eindhoven daarentegen, met zijn gerichtheid op vernieuwing, heeft wél de toekomst. Bij de komende transities kunnen we de kennis en het vernuft van Brainport goed gebruiken. De komende decennia gaan we een prachtige overstap maken waarbij de ontzagwekkende mogelijkheden van de digitale wereld zich gaan vertalen in al even ontzagwekkende verbeteringen in de echte wereld.”
“We hebben niet minder, maar méér boeren nodig.”
Het platteland waar hij opgroeide, heeft ook zijn aandacht. Verrassend is zijn visie op agrarisch Nederland: “We hebben niet minder, maar méér boeren nodig. Niet alleen om ons land te verzorgen, maar ook om voedsel te produceren. Nu exporteren we heel veel producten, maar we importeren ook 75 procent van wat we eten. Grootschalige landbouw loopt nu tegen de grenzen aan, ook hier is een radicale verandering nodig. Maar we moeten de boeren dan ook in staat stellen om te veranderen. Door het takenpakket te verruimen bijvoorbeeld. Laat ze bossen planten, het landschap beheren, de kwaliteit van bodem en water verbeteren, de biodiversiteit bevorderen. 70 tot 80 procent van de boeren wil dat ook. Maar dat kan alleen als wij, als maatschappij, ze daar ook voor betalen.”
“De rijke helft van Nederland moet ook de kosten van de transitie voor de arme helft betalen.”
Energietransitie en klimaatadaptatie zijn niet alleen een kwestie van innovatie, maar ook van solidariteit, vindt Alkemade. “De rijke helft van Nederland is verantwoordelijk voor verreweg het grootste deel van de uitstoot. De enige weg is dat zij ook de kosten van de transitie betalen voor de arme helft. Dat klinkt communistisch, maar heeft alles met sociale rechtvaardigheid te maken, de basis van onze maatschappij.”
“In Brabant voel ik me thuis en betrokken.”
Over zijn toekomst na het rijksbouwmeesterschap heeft hij nog geen besluit genomen. Misschien gaat hij verder met zijn eigen architectenbureau, in de vestiging in Parijs – waar hij onder meer het enorme Entrepot Macdonald Warehouse transformeerde. Andere functies houdt hij nog af. “Maar voor Brabant maak ik een uitzondering. Ik ga waarschijnlijk op een aantal thema’s met de provincie samenwerken. Want al ben ik de hele wereld overgevlogen, in Brabant voel ik me thuis en betrokken.”