Er is goed nieuws te melden over een verderfelijk verschijnsel: grote steden in Noord-Brabant, zoals Breda en Tilburg, pakken actief de strijd tegen straatintimidatie aan. Ze hebben een meldpunt gelanceerd op de website ‘straatintimidatie’ waarop snel en eenvoudig een voorval kan worden aangegeven en omschreven. De meldingen moeten een beter inzicht geven in waar, wanneer en hoe (vaak) straatintimidatie voorkomt. Met de opgedane kennis is het mogelijk gerichter op te treden, bijvoorbeeld door het plaatsen van cameratoezicht of meer controles. Naast de lancering van het meldpunt startten de steden ook een campagne over straatintimidatie. Deze moet duidelijk maken wat straatintimidatie is, waarom melden belangrijk is (ook als omstander) en wat je kunt doen tegen straatintimidatie. De lancering van de campagne in Tilburg ging gepaard met een ludieke actie in een centrumpassage van Tilburg. Daar hingen een week lang speakers die de meest verwerpelijke voorbeelden van verbale straatintimidatie uitbraakten. Ook de burgemeester van Tilburg werd ‘nageroepen’ en hij vond dat heel intimiderend.
Uit onderzoek van de gemeente blijkt dat 1 op de 3 Tilburgers weleens te maken heeft met straatintimidatie. Zij worden op straat nageroepen, achtervolgd, nagefloten of beledigd. Dit komt het meeste voor bij meisjes, vrouwen en LHBTIQ+ personen (lesbisch, homoseksueel, biseksueel, transgender, non-binair, intersekse, queer of aseksueel). Ook uitschelden, het sissen naar en het volgen van personen is in de visie van het gemeentebestuur straatintimidatie. Met de campagne wil de gemeente Tilburg een duidelijke boodschap afgeven, namelijk deze: in Tilburg wordt geen enkele vorm van straatintimidatie geaccepteerd. ‘Welke kleding je draagt, op wie je valt; het maakt geen verschil. Iedereen moet zich veilig voelen en veilig zijn in Tilburg.’
“Laat anderen in hun waarde.”
Zoals gemeld ging in Tilburg de start van de campagne gepaard met een ludieke actie in de Willem II Passage in het centrum van de stad. Daar werd je ‘nageroepen’ uit een audio-installatie en dat maakte best indruk. Vooral ‘daders’ moeten op deze manier geconfronteerd worden met hun eigen gedrag.
Ook Tilburgs’ burgemeester Theo Weterings werd in de passage ‘nageroepen.’ Hij kreeg de ene na de andere krachtterm naar zijn hoofd geslingerd. Omroep Brabant was erbij. Aan de verslaggever vertelt de burgemeester zijn ervaring: “Het voelt heel intimiderend. Het zal je maar gebeuren tijdens het uitgaan of op weg naar je werk. We moeten dit echt bespreekbaar maken met elkaar. Laat anderen in hun waarde!”
Weterings geeft nu prioriteit aan straatintimidatie. “Je moet als Tilburger gewoon door de stad kunnen lopen, jezelf kunnen zijn en je veilig voelen. Het is volstrekt verwerpelijk als je allerlei verwensingen en opmerkingen achter je aan krijgt.” Hij weet dat het gebeurt en dat het een ergernis is en daarom vindt ook hij de start van het meldpunt van groot belang.
Er wordt namelijk niet alleen bijgehouden hoe vaak straatintimidatie voorkomt, maar ook op welke plekken. “Zo willen we inzichtelijker maken waar de hotspots zijn en die aanpakken. Verder willen we ook in gesprek met slachtoffers over wat ze ervaren hebben en dat alles bij elkaar moet de aanpak van straatintimidatie effectiever maken”, aldus de burgemeester.
115 Reacties in de eerste drie weken
De gemeente Breda startte in maart een meldpunt en campagne tegen straatintimidatie. In de eerste drie weken werden 115 reacties geregistreerd. De meldingen kwamen niet alleen uit Breda, er werden ook voorvallen uit Eindhoven, Tilburg en ander plaatsen aan de orde gesteld. Meer dan de helft van de gemelde incidenten gebeurde overdag. Slachtoffers werden vooral nageroepen en uitgescholden. Een aantal keren werd ook lichamelijk geweld gebruikt. Veertig procent van de incidenten waarbij mensen op straat werden lastiggevallen, gebeurde toen het meldpunt nog niet bestond. De melders vonden die ernstig genoeg om er alsnog melding van te maken.