De gezondheidszorg ontwikkelt zich razend snel. Steeds meer vernieuwingen maken de medische zorg geavanceerder én vooral technischer. Steeds meer beweegt de ziekenhuiszorg zich in de richting van zorg thuis, waar de patiënt door middel van geavanceerde technologie in de gaten wordt gehouden en tegelijkertijd door ‘zelfmanagement’ in verbinding blijft met de zorgverleners. Ziekenhuizen staan niet meer op zichzelf, functioneren niet meer als ‘eilandjes’, ze maken onderdeel uit van een zorgketen, van een totale zorgorganisatie. Veel meer continue informatie-uitwisseling (‘data’) is daarvoor een onverbiddelijke voorwaarde.
Philips, de voormalige gloeilampenfabriek uit Eindhoven, is nu wereldleider op het gebied van gezondheidstechnologie. Het bedrijf realiseerde vorig jaar een omzet van 19,5 miljard euro en heeft ongeveer 82.000 werknemers in dienst in meer dan 100 landen. Onlangs sloot het concern het zoveelste meerjarige strategische samenwerkingscontract af met ziekenhuizen. Dit keer over zogenaamde ‘connected care’-oplossingen. ‘Connected care’ staat voor onderlinge informatie-uitwisseling door middel van technologie, daarmee verbinding leggend tussen alle zorgverleners in de zorgketen. Voor de zoveelste keer pleitte kortgeleden Philips CEO Frans van Houten om in Europa niet zo spastisch om te gaan met privacy-wetgeving, want volgens hem zijn ‘data’ de noodzakelijke voedingsbron voor toekomstige medisch-technologische oplossingen, die voor een belangrijk deel de beperkte toepassing van medicijnen moeten vervangen. Het publieke debat over het beschikbaar stellen van data staat tot nu toe vooral in het teken van privacy en dan vooral de belemmeringen in de wetgeving.
De meest recente overeenkomst van Philips is met de Nederlandse SAZ, de Vereniging van Samenwerkende Algemene Ziekenhuizen, die 28 ziekenhuizen omvat. Het partnerschap omvat de monitoring, observatie en zelfmanagement van patiënten gedurende het gehele zorgtraject, zowel binnen als buiten de ziekenhuizen, ondersteund door geavanceerde oplossingen voor patiëntmonitoring en populatiegezondheidsmanagement. Dit laatste is een betrekkelijk nieuw interdisciplinair vakgebied, waarbij duurzame gezondheidszorg en een proactief, meer op preventie gericht beleid centraal staan. Het is een vakgebied waarbij een team van artsen, datawetenschappers, bestuurskundigen en sociale wetenschappers werkt aan ontwikkelingen om de gezondheid van mensen te verbeteren en gezondheidsverschillen te verkleinen. Dit doen ze door informatie te analyseren die in de routinezorg wordt geregistreerd. Een heel nieuwe manier van werken, die leidt tot zorg die nog beter aansluit bij wat mensen nodig hebben.
Van ziekenhuis naar zorgorganisatie
De samenwerking tussen Philips en de SAZ-ziekenhuizen is met name gericht op uitwisseling en analyse van informatie. Dat betoogt ook SAZ-voorzitter Bert Kleinlugtenbeld: ´”De SAZ-ziekenhuizen maken de overstap van ziekenhuizen naar een zorgorganisatie. Daarbij is de kracht van de SAZ dat we samenwerken en van elkaar leren. Onze strategische richting is om de zorg waar mogelijk naar het huis van de patiënt te verplaatsen. Wij zien ook een belangrijke rol voor preventie. Bij het maken van deze stap staat het wegnemen van de last van de patiënt en de zorgverlener centraal. Met Philips zullen we dit doen door gebruik te maken van de nieuwste technologische innovaties op het gebied van patiëntmonitoring en populatiegezondheidsmanagement. Hierdoor wordt onze samenwerking op het gebied van patiëntgerichte zorg versterkt.”
Druk op personeel verminderen
Léon Kempeneers, General Manager Health Systems van Philips Benelux, zegt hierover: “Door deze samenwerking met de SAZ kunnen onze connected care-oplossingen makkelijker worden opgeschaald binnen de Nederlandse regionale ziekenhuizen. Ons doel is om de zorg te verbeteren door gebruik te maken van technologie en om de lasten voor patiënten en zorgverleners te verlichten. Door de resultaten te verbeteren en door de vroegtijdige opsporing van verslechteringen van patiënten en het verminderen van heropnames, hopen we uiteindelijk de druk op het personeel te verminderen.”
Verblijfsduur op IC verkorten en heropnames voorkomen
In de loop van dit jaar starten zo’n tien SAZ-ziekenhuizen de samenwerking gericht op ziekenhuiszorg of zorg in de gemeenschap. In het ziekenhuis worden patiënten vroegtijdig gemonitord met behulp van technische apparatuur, waarmee het Bravis ziekenhuis in de Noord-Brabantse steden Bergen op Zoom en Roosendaal al ervaring heeft. Het Bravis ziekenhuis maakt ook al gebruik van een zogenaamde biosensor om een betere communicatie tot stand te brengen tussen de patiëntbewaking op de IC en de verpleegafdelingen van het ziekenhuis. Hierdoor wordt de verblijfsduur op de IC verkort en worden heropnames van de IC voorkomen. Bovendien helpt deze oplossing een patiënt om sneller terug te keren naar de thuissituatie. De biosensor is een draadloos medisch apparaat dat zich aan de borst hecht en vitale functies, houding en activiteit meet. Het apparaat biedt tegelijkertijd ondersteuning aan de mobiliteit van de patiënt. Het is ontworpen om samen te werken met IntelliVue Guardian-software om vroegtijdige verslechtering van de patiënt te signaleren. Hiermee wordt vroegtijdige interventie ondersteund.
‘Zelfmanagement’: zelf thuis bloeddruk en gewicht meten
Andere SAZ-ziekenhuizen starten projecten op het gebied van thuismonitoring en zelfmanagement voor patiënten, iets wat het IJsselland Ziekenhuis in Capelle aan den IJssel al doet met het telemonitoringproject voor patiënten met hartfalen en COPD. Patiënten meten thuis zelf hun bloeddruk en gewicht. Deze gegevens worden gecontroleerd door verpleegkundigen in het ziekenhuis. Patiënten krijgen ook aanvullende informatie en tips over hoe ze hun aandoening kunnen beheren. Het doel is om opnames te voorkomen en de betrokkenheid van patiënten te vergroten.