VUB-onderzoeker dr. Derya Yüksek heeft een methode ontwikkeld om conflicten te veranderen. De methode plant zaadjes van vrede en democratie bij deelnemende jeugd in Cyprus. Centraal hierbij stonden participatieve gemeenschapspraktijken met media, die zij gebruikte om Cypriotische jongeren te verenigen.
Cyprus is een nog altijd sterk verdeeld eiland met een gewelddadig verleden. Dr. Derya Yüksek: “Vandaag zie je een sterke neiging over de hele wereld om terug te vallen op een politiek van antagonisme en agressie. We hebben dus processen en modellen nodig die constructief omgaan met de diversiteit van onze samenlevingen, en de conflicten die daaruit kunnen voortvloeien. We hebben instrumenten nodig om te voorkomen dat conflicten gewelddadige vormen aannemen – zoals het aanzetten tot haat, structurele discriminatie, fysiek geweld of oorlog. Het participatief-democratische communicatiemodel is een doeltreffend instrument om een dergelijke transformatie teweeg te brengen.”
Naar aanleiding van deze studie organiseerde Yüksek, die in het kader van het Cyprus Community Media Research Programme van de VUB onder supervisie van prof. Nico Carpentier en gesponsord wordt door het FWO Vlaanderen, een onderzoek waarbij een reeks gemeenschapsmediaopleidingen en productieworkshops werd gegeven. De workshops brachten Grieks-Cypriotische en Turks-Cypriotische schooljongeren samen om gezamenlijk gemeenschapsmedia-inhoud te produceren. De onderzoeksgegevens werden verzameld via een etnografie van de workshops met 3 gemengde productiegroepen van in totaal 24 tieners, gevolgd door deelnemersinterviews en een receptiestudie van de multimedia-output van de workshop. Deze resultaten werden vervolgens geanalyseerd met behulp van kwalitatieve methodes.
“Media maken is een interessant onderwerp voor jongeren. Het verhoogt de bereidheid en motivatie van jongeren om deel te nemen aan de workshops, ondanks hun initiële aarzeling. Weerstand is erg groot, omdat het onderwijs en de reguliere media aan beide zijden van Cyprus de anderen nog steeds sterk als vijand afbeelden. Zodra ze deelnamen en aan de slag gingen met gemeenschapsmedia, werden de jongeren uitgedaagd om samen te werken en samen beslissingen te nemen, met als resultaat dat ze elkaar als teamgenoten en medewerkers zagen in plaats van als vijanden”, merkt Yüksek op.
Deze participatieve praktijken bevorderden conflicttransformatie doordat ze kritisch denken, vrije zelfexpressie en samenwerking rond een gemeenschappelijk doel stimuleerden. Yüksek: “Dankzij de gemeenschapsmedia-output die de jongeren samen produceerden, konden ze hun ideeën en perspectieven over verschillende onderwerpen verwoorden. Dit bevorderde democratische participatie en ook de reikwijdte van de conflictveranderingen werd groter doordat het publiek makkelijker bereikt kon worden.”
Yüksek beschouwt deze methode, waarbij jongeren een stem krijgen die wel degelijk in hun eigen gemeenschap wordt gehoord, als een krachtige troef om langdurige conflicten op te lossen: “Terwijl politieke leiders een agressieve wedloop voor energiebronnen in de regio voeren, pleiten jongeren via hun producties voor zorg en meer inzet voor het milieu, door beide gemeenschappen. Deze wens delen ze ongeacht hun etnische achtergrond. Wat het conflict op Cyprus betreft, vragen zij zich ook af waarom het 50 jaar oude vredesproces nog geen resultaat heeft opgeleverd, ondanks de bemiddeling van de internationale samenleving en de VN, en waarom jongeren uit beide gemeenschappen elkaar nog steeds vijandig gezind zijn. ”